‘Huurders met een laag inkomen krijgen huurtoeslag; waarom geldt zoiets niet voor mensen met een koopwoning?’
Wie een eigen huis bezit, heeft op papier vaak veel eigen vermogen. Maar als er tegenslag op je pad komt, en je de eindjes nog maar amper aan elkaar kunt knopen, kan datzelfde huis je financieel ook veel kopzorgen opleveren. Daar is te weinig oog voor, betoogt lezer Hulya Aydogan in deze Gastopinie.
Het nieuwe kabinet prijst zich gelukkig met het motto ‘Hoop, lef en trots’. Maar hoe kunnen we hoopvol zijn zonder basisvoorzieningen, zoals een woning, die betaalbaar en toegankelijk is voor iedereen? De regering moet een waterscheiding creëren die ademruimte en vertrouwen biedt aan burgers die nu vastzitten in een verstikkende spiraal van financiële en sociale problemen. Het huidige systeem, waarin de overwaarde van een huis als vermogen telt, is niet alleen achterhaald maar ook onrechtvaardig.
Neem Jan. Zijn naam is gefingeerd, maar hij is een 50-jarige Rotterdammer. Twintig jaar geleden was Jan een hardwerkende elektromonteur die zijn gezin kon onderhouden. Hun eigen huis was een symbool van zekerheid en verbondenheid.
Een ongeluk veranderde zijn leven. Hij verloor zijn baan. Zijn huis werd een last omdat de overwaarde hem uitstoot van bijstand en andere hulpmaatregelen. Dit systeem negeert het feit dat mensen als Jan, ondanks hun eigendom, financieel kwetsbaar zijn. Jan voelt zich gestraft voor zijn harde werk en het verwerven van een eigen huis, een basisveiligheid die hem nu juist in de problemen brengt.
Onrechtvaardige lasten
De inkomsten van gemeenten uit heffingen zoals de onroerendezaakbelasting (ozb) zijn in 2024 met 8,5 procent gestegen ten opzichte van vorig jaar. Dat meldt het CBS. Deze stijging betekent een zwaardere financiële last voor huiseigenaren zoals Jan. In Rotterdam stegen de ozb-opbrengsten zelfs met 13,4 procent, het hoogste onder de grote steden. De afvalstoffenheffing, de weg- en rioolheffing is gestegen met 13,37 procent.
Dit komt bovenop de al toenemende kosten van levensonderhoud en energieprijzen, waardoor veel huiseigenaren in een steeds benardere positie terechtkomen. Het is een vicieuze cirkel van stijgende lasten en afnemende middelen.
Het recht op behoorlijke huisvesting is een fundamenteel mensenrecht, zoals bevestigd door het College voor de Rechten van de Mens. Het huidige beleid ondermijnt dit recht en straft huiseigenaren met vermogenstoetsen gebaseerd op de overwaarde van hun huis. Dit systeem negeert het feit dat veel van deze huiseigenaren met een minimaal inkomen worstelen om de eindjes aan elkaar te knopen.
De woonlasten voor huurders zijn lager omdat zij geen ozb en geen waterschapsbelasting voor gebouwen hoeven te betalen. In sommige gemeenten betalen huurders ook geen rioolheffing. Het is een grove ongelijkheid dat huurders recht hebben op huurtoeslag terwijl huiseigenaren, die wellicht nog meer financiële druk ervaren, worden uitgesloten van vergelijkbare steun.
Wie de grafieken van het CBS bekijkt, ziet alleen een blauwe lijn en geen rode cijfers. Maar de cijfers achter die lijn vertellen een ander verhaal. In Nederland moeten 256 huishoudens rondkomen van minder dan 10.000 euro per jaar, wat neerkomt op ongeveer 835 euro per maand. Verrassend genoeg heeft bijna de helft van deze huishoudens een bedrijf of een baan. Ruim 684.000 huishoudens hebben een inkomen tussen de 10.000 en 20.000 euro per jaar, waarvan zo’n 50.000 een huis bezitten.
Een basisinkomen kan de oplossing zijn
Het nieuwe kabinet moet de vermogenstoetsen herzien en de overwaarde van een huis niet langer als vermogen beschouwen. In plaats daarvan moet gekeken worden naar het werkelijke inkomen van de huiseigenaar. Dit biedt ademruimte voor mensen die hun huis bezitten maar financieel worstelen. Daarnaast moet er een programma komen voor huiseigenaren met achterstallig onderhoud, waarbij btw-teruggave is inbegrepen en bijvoorbeeld opleidingsmogelijkheden, zodat mensen die veel klussen in en om het huis daar hun broodwinning van kunnen maken. Dit verlicht de economische druk en draagt bij aan het behoud en de verbetering van de woningvoorraad.
Een basisinkomen kan de oplossing bieden voor veel van deze problemen. Door een vast bedrag aan alle burgers te verstrekken, wordt een financieel vangnet gecreëerd dat onafhankelijk is van vermogenstoetsen of andere complexe criteria. Dit basisinkomen biedt stabiliteit en zekerheid, waardoor mensen zoals Jan zich kunnen richten op herstel en opbouw zonder de constante angst voor financiële ondergang. Het is een systeem dat recht doet aan de waardigheid van elke burger en de bureaucratische rompslomp drastisch vermindert.
Van wantrouwen naar vertrouwen
Het huidige beleid is gebaseerd op wantrouwen en een bureaucratisch systeem dat mensen ontmoedigt en uitsluit. De regering moet dit omkeren naar een beleid van vertrouwen en ondersteuning, waarbij de focus ligt op de daadwerkelijke behoeften en situaties van mensen. Alleen door dergelijke hervormingen kan het motto ‘Hoop, lef en trots’ werkelijk betekenis krijgen en bijdragen aan een rechtvaardigere samenleving.
Het is tijd voor een beleid dat niet langer huiseigenaren straft voor hun bezit, maar hen ondersteunt in hun dagelijkse strijd om rond te komen. Het is tijd om te erkennen dat een huis een thuis moet zijn, geen last die je de keel dichtknijpt. De invoering van een basisinkomen biedt een rechtvaardige en effectieve oplossing voor deze problematiek. De nieuwe regering heeft de kans om deze verandering teweeg te brengen. Het is een kwestie van rechtvaardigheid en menselijke waardigheid.
Hulya Aydogan is journalist, schrijver van twee boeken (De Importbruid en De Val van Mehmet) en voorzitter van stichting Alin Teri, Eerlijk verdiend brood.
Dit artikel is gepubliceerd in het Brabants Dagblad
Reactie plaatsen
Reacties